Het geluid van de brievenbus schrikt haar op. Het is vroeg in de middag, toch is ze in slaap gesukkeld. Vanmorgen verleidde het lentezonnetje haar om na de koffie even op het balkon te gaan zitten. Ze had het verdiend na een nacht vol onderbrekingen. Terwijl de vogels hun zang oefenden en de zonnestralen haar craquelé huid verwarmden, zijn haar ogen dicht gegleden. Schuifelend loopt ze naar de voordeur. Een dubbelgevouwen briefje vraagt om haar aandacht. Ze leest het programma met buurtactiviteiten door. Gruwelt zoals altijd bij de termen: instuif, kienen, kwebbelclub. De titels doen haar denken aan een kinderclub. Nou, daar doet zíj niet aan mee. Liever mijmert ze achter haar beukenhaag, dan dat ze zich als een kleuter laat behandelen. Liever droomt ze over de tijden dat haar lichaam nog geen gebreken vertoonde, en zij zich dansend en rokend door het leven bewoog. Het is alleen jammer dat gedachten aan die tijd haar altijd weemoedig maakt. Vrienden waar ze vroeger lol mee had zijn er niet meer. Familie woont ver. En de buren leven in een andere wereld, druk met de kinderen. Er ontsnapt haar een diepe zucht en ze voelt de tranen achter haar ogen prikken. De eenzaamheid verlamt haar soms. Trekt haar leeg. Door haar trillende handen wappert de folder van Vita Amstelland Pluspunt. Alsof deze haar roept. Haar wil activeren. Haar blik glijdt naar het papier. Vrijdag half drie, leest ze. Kwebbelclub. Dat is vandaag. Zal ze het dan toch een keer proberen? Onwennig kijkt ze om zich heen. Aan een tafel voor het raam zit een groep vrouwen. Ze kwebbelen. Enkelen met een advocaatje voor de neus, anderen drinken wijn of thee. Zodra ze haar zien wordt er meteen ruimte voor haar vrijgemaakt. ‘Hallo,’ stelt ze zichzelf voor, ’ik ben Anne, ik ben hier voor het eerst.’ Een vrouw met een heldere stem reageert enthousiast. Terwijl ze vertelt over koersballen, de filmmiddagen, modeshows, klassiek op zondag, en de leesclub onderstrepen haar handen haar woorden. ‘We lezen het boek van Connie Palmen.’ Ze zucht theatraal. ‘Goed hoor. Maar even doorzetten. Als ik het uit heb pak ik wel wat uit de boekenhoek. Daar. Je mag ze gewoon pakken.’ Anne wordt er stil van. Haar oog valt op een staande folder: Filmavond, La Famille Bélier. Een film die hoog op haar verlanglijstje staat. Uren later loopt ze, licht wankelend naar huis, moe van de indrukken, het gepraat en misschien van de wijntjes. Ze voelt, het buurthuis zal een belangrijke plek in haar leven innemen. Het is verbazingwekkend hoe dichtbij gezelligheid kan zijn. Meer lezen? Volg Jacobine van den Hoek op Facebook of Twitter
top of page
bottom of page